Getrouwd met een klein kind

getrouwd met een klein kind

Voelt het soms alsof je met een klein kind getrouwd bent?

Niemand wil getrouwd zijn met een klein kind, dat is niet waarom je een relatie hebt, nietwaar? Het kan voelen alsof je partner zich soms gedraagt als een klein kind. Of misschien hoor je juist regelmatig van je partner: “Waarom moet ik altijd degene zijn die de kar trekt in deze relatie?”

Veel stellen herkennen dit patroon.

Ik ga je meenemen in een uitleg over transactionele analyse. Dat klinkt super droog en saai, maar dat is het niet. Tenminste, niet zoals ik het aan je ga vertellen.

In de interactie met je partner neem je een bepaalde rol aan. Dat gaat vaak automatisch. Transactionele analyse helpt ons de verschillende rollen te begrijpen. Er zijn drie mogelijkheden:

 

  1. De ouderrol
  2. De volwassen rol
  3. De kindrol

 

Je bent het misschien met me eens dat een relatie met een partner het beste tot zijn recht komt als je je allebei volwassen gedraagt. Dat is het meest ideale uitgangspunt.

Maar heel vaak gebeurt dit niet.

Sterker nog, gedurende de dag kunnen we meerdere keren in de ouderrol of in de kindrol schieten. Dit gaat vaak onbewust, maar je merkt direct aan de reactie van je partner dat er een verandering van rollen heeft plaatsgevonden.

 

Laten we eens beginnen met te kijken wat er gebeurt als je in de ouderrol stapt.

  • Ouderrol:

Dit is de rol waarin je de ander corrigeert, controleert of verzorgt. In deze rol geef je commentaar en goedbedoeld, sturend advies zonder dat de ander hierom heeft gevraagd. Je pakt in deze rol de verantwoordelijkheid voor zaken die gebeuren moeten, terwijl je tegelijkertijd het signaal afgeeft dat je dit beter doet dan de ander.

Denk bijvoorbeeld aan situaties als deze: Je partner is aan het koken en jij staat aan de zijlijn aanwijzingen te geven. “Je moet de saus en de groente apart opwarmen, hoor. Nee, de kaas gaat er altijd pas aan het eind bij.” Of deze: Je partner wil graag iets kopen en jij zegt: “Dat gaan we niet doen, want dan ligt het over drie weken ongebruikt in de kast. Ik weet precies hoe jij bent.” Of jij bent degene die altijd alles naar zich toetrekt: “Laat mij de huurauto maar even regelen, dat gaat het snelste. Ik zal de creditcards en het contante geld wel bij me houden, want anders raken we het misschien wel kwijt.”

Als jij de neiging hebt om snel in deze rol te stappen, dan heb je waarschijnlijk al vroeg in je leven geleerd om zelfstandig te zijn. Misschien moest je vroeger al jong helpen thuis omdat jullie een groot gezin waren. Moesten je ouders veel werken en moest jij je steentje bijdragen? Of waren je ouders (emotioneel) niet echt beschikbaar voor je en moest je je eigen zaakjes opknappen?

Het hebben van de controle kan dan heel fijn voelen nu. Dus logisch dat je die verantwoordelijke rol op je pakt. Aan de andere kant voelt het helemaal niet fijn, want het betekent dat jij weer degene bent die de kar moet trekken. Je partner doet niet genoeg zijn best, of is gewoon niet zo capabel als jij. Als je dingen aan hem overlaat, kun je het weer over doen of moet je genoegen nemen met iets dat niet goed geregeld is.

Je gaat je irriteren, je gaat verwijten, beschuldigen en je gaat je partner als een klein kind behandelen. Als je maar glashelder vertelt wat ie moet doen dan gaat het goed. Maar ja, is dit wat je wilt, een relatie met een klein kind?

 

 

  • Kindrol:

In de kindrol kun je je machteloos voelen, alsof je geen controle hebt over de situatie. Het is zo gek, maar je voelt je soms echt alsof je 8 jaar bent, zo word je terecht gewezen. Je hebt het gevoel dat je geen zeggenschap hebt en dat jouw mening niet belangrijk is.

Je partner bepaalt alles en als jij een keer wat wil, dan wordt het van tafel geveegd. “Nee, zo gaan we het niet doen.” Je partner zegt ‘we’, maar jij hebt hierin geen stem gehad. Dat voelt oneerlijk. “Dat hebben WE afgesproken” zegt ie, en jij denkt bij jezelf: ‘Dat heb jij afgesproken, niet ik.’

Het voelt alsof je teruggeworpen wordt in de tijd, alsof je vader of moeder tegenover je staat. Dat zeg je dan ook uit boosheid: “Je lijkt mijn moeder wel!” En de reactie die je krijgt is: “Gedraag je dan ook niet als een klein kind!”

Je kunt zelf in de kindrol stappen uit onzekerheid en vanuit de behoefte dat je partner je helpt om beslissingen te nemen. Het kan ook zijn dat je je snel het slachtoffer voelt en hierdoor in de kindrol stapt: “Ik krijg nooit een kans op een goede baan, want mijn collega’s worden toch voorgetrokken.” Of: “Waarom vraag je nooit aan mij wat ik nodig heb als ik verdrietig ben?” Of: “Ik heb het zeker weer niet goed gedaan, he?”

Als je geneigd bent om snel in de kindrol te stappen, waar zou dit vandaan komen, denk je?

Had je een dominante vader of moeder? Werd je vroeger niet gezien  of gehoord soms? Het kan zijn dat je wel een mening had, maar daar werd misschien geen aandacht aan besteed. Misschien ben je onvoldoende erkend in je behoefte aan aandacht en liefde. Het is een logische respons om dit alsnog bij je partner te zoeken, maar niet wenselijk op deze manier.

 

De derde rol is de volwassen rol.

  • Volwassen rol:

Dit is de rol waarin je rationeel, kalm en evenwichtig reageert. Vanuit deze rol ben je in staat om open en eerlijk te communiceren zonder al te emotioneel te worden. Het is de enige rol waarin echte verbinding en gezonde communicatie kunnen plaatsvinden. In de relatie tussen partners is het ook de enige gewenste dynamiek. Je wilt geen relatie met een klein kind en je wilt ook geen relatie met een vader of een moeder. Het mooie van een volwassen relatie is dat je gelijkwaardig bent. Je staat naast elkaar, niet boven of onder elkaar.

 

Waarom vallen we in bepaalde rollen?

Wanneer je dus niet met elkaar kunt praten en ruzie aan het maken bent, is de kans groot dat je in de ouderrol of in de kindrol gestapt bent. Het probleem hiermee is niet alleen dat jij in de verkeerde rol zit, maar ook dat je je partner hiermee in de tegenovergestelde rol plaatst.

Als jij je namelijk gedraagt als een terechtwijzende ouder, is het logisch dat jouw partner reageert als het opstandige of terugtrekkende kind. Je partner voelt zich aangevallen, bekritiseerd, klein, niet goed genoeg.

Niemand wil als volwassene behandeld worden alsof ze een kleuter zijn, dat snap jij ook wel, toch?

En als jij je gedraagt als een dreinende peuter, een stampvoetende zesjarige of een onredelijke puber, dan is het niet heel gek dat je partner de regie neemt.

Jij kunt dat blijkbaar op dat moment niet en je kunt je partner niet kwalijk nemen dat ie niet in discussie gaat met een kleuter, nietwaar?

We stappen dus zelf in een rol en we duwen elkaar in een rol.

De verantwoordelijke partner die de ouderrol te veel pakt, creëert een passieve partner die geen initiatief meer durft te nemen. “Het is toch nooit goed, wat ik ook doe.”

Een afhankelijke partner die alle besluiten overlaat aan de ander moet ook accepteren dat die ander op een gegeven moment volledig de regie neemt. “Als ik het niet doe, gebeurt het niet.”

 

Dit kan een vicieuze cirkel worden waarin je steeds dezelfde patronen blijft herhalen. Je wisselt tussen ouder en kind, terwijl de volwassen rol, waarin gelijkwaardigheid en respect centraal staat, verdwijnt.

 

Hoe kom je beiden in de volwassen rol?

De enige manier om deze cyclus te doorbreken, is door beiden in de volwassen rol te stappen. Dit is makkelijker gezegd dan gedaan, maar het begint met bewustwording van je eigen gedrag. Hier zijn enkele tips:

  1. Stop met de ouder- of kindrol aan te nemen. Dit betekent dat je moet stoppen met ongevraagd zorgen voor de ander, controleren of klagen. Probeer op een gelijkwaardige manier te communiceren. Elkaar helpen en sparren, in plaats van opleggen en mededelen.
  2. Herken je triggers. Wanneer schiet je in een bepaalde rol? Is het tijdens een conflict? Wanneer je je niet gehoord voelt? Probeer te achterhalen wanneer je van de volwassen rol afwijkt. Stop dan even met praten over het onderwerp en praat over wat er van binnen gebeurt. “Wat je nu zegt geeft mij een gevoel van…” Het omgaan met triggers is tweeledig. Je partner mag best een beetje rekening houden met je gevoelige plekken, dus hij hoeft niet bot op je ziel te trappen. Een beetje empathie naar elkaar is gewenst in een relatie. Tegelijkertijd mag jij aan de gevoeligheid van je trigger werken, want het is ook niet de bedoeling dat je met je emotie van 0 naar 100 gaat in twee seconden. Jouw trigger is jouw pijn, dus jouw verantwoordelijkheid.
  3. Oefen volwassen communicatie. Dit betekent praten over je gevoelens zonder beschuldigingen. Zeg bijvoorbeeld: “Ik voel me gestrest als ik het gevoel heb dat ik alles alleen moet doen,” in plaats van “Jij doet ook nooit iets!”
  4. Luister actief. In de volwassen rol neem je tijd om te luisteren naar de ander zonder te oordelen. Vraag door en probeer echt te begrijpen wat je partner bedoelt. “Wat is precies dat gevoel dat je dan krijgt als ik zo praat? Hoe komt het op jou over?”
  5. Wees geduldig. Het is makkelijk om terug te vallen in oude patronen, vooral als de emoties hoog oplopen. Gun jezelf en je partner de tijd om deze nieuwe manier van communiceren onder de knie te krijgen.

 

Een voorbeeld uit de praktijk

Een praktijkvoorbeeld doet het altijd goed. Laten we eens kijken naar het verhaal van Diana en Peter. Ze hebben steeds dezelfde discussies over de verdeling van huishoudelijke taken. Diana voelt zich constant de ‘ouder’ die Peter moet aansturen om zijn deel te doen, terwijl Peter zich volgens haar gedraagt als een klein kind. Hij voelt zich gecontroleerd, wat uiteindelijk leidt tot passiviteit. “Doe het maar lekker zelf dan.” Diana wordt steeds gefrustreerder.

Een typische discussie is:

Diana: “Ik word hier zo moe van, Peter. Ik heb je al drie keer gevraagd om je bureau op te ruimen. Waarom moet ik altijd achter je aan zitten?”

Peter: “Waarom zeur je hier nou weer over? Ik ga het dit weekend doen. Ik heb het heel druk gehad deze week, hoor. Mijn hoofd loopt over.

Diana: “Oh, dus jij hebt veel aan je hoofd? Wat denk je dat ik de hele dag doe? Je zou ook eens een betere tijdsplanning kunnen maken.”

Peter: “Nou, als je het dan toch beter weet, doe het dan lekker zelf.”

Diana schiet in de ouderrol als Peter vergeet zijn bureau op te ruimen. En zo te horen aan Diana gebeurt dit vaker, dat ze Peter moet herinneren aan bepaalde taken. Peter voelt zich dan meteen een kind dat niets goed kan doen en gaat in de verdediging. Dit patroon zorgt ervoor dat ze zich allebei niet gehoord en begrepen voelen.

Wanneer ze in de volwassen rol blijven kan Diana haar verwachtingen en gevoelens op een constructievere manier uiten, terwijl Peter mag gaan oefenen met het nemen van verantwoordelijkheid zonder in de verdediging te schieten.

 

Een gesprek vanuit twee volwassen rollen kan er zo uitzien:

Diana: “Peter, ik merk dat ik me gestrest voel omdat het huis niet opgeruimd is. Kunnen we afspreken wie wat wanneer doet? “

Peter: “Ja, ik snap het. Sorry dat ik het heb laten liggen, ik had het erg druk met andere dingen. Zullen we vanavond even samen een planning maken?”

 

Deze nieuwe manier van communiceren geeft hen beiden de ruimte om zich gehoord en gerespecteerd te voelen.

 

De volwassen rol is leuker

Wanneer beide partners in de volwassen rol blijven, ontstaat er ruimte voor echte verbinding. Je hebt geen behoefte meer aan controle of afhankelijkheid, omdat je elkaar als gelijken ziet. Dit betekent dat je in staat bent om uitdagingen samen aan te gaan zonder elkaar te bekritiseren of te kleineren. Het is voor allebei leuker om een gelijkwaardige relatie te hebben. Je zult heus nog wel in die andere rol stappen af en toe. Vraag je partner je te helpen en je erop te attenderen als het gebeurt. En wees ook wat milder voor elkaar. Ga ervan uit dat jullie er niet op uit zijn om elkaar expres pijn te doen, maar dat je reageert vanuit oude patronen.

 

 

Vind je blogs over oude patronen interessant?

Deze vind je dan misschien ook leuk:

Overlevingsstrategieën

Combinaties van hechtingsstijlen in relaties

Hoe bepaalt je jeugd de relatie met je partner?