Het is één van de grootste misverstanden binnen relaties: het idee dat er een ‘juiste’ manier is om naar iets te kijken. Maar er is geen goed of fout.
Of het nu gaat over samenwonen, opvoeding, seks, geld, vakanties of wie er verantwoordelijk is voor de afwas — de onderliggende overtuiging is vaak: hoe ik het zie, is normaal. Wat jij doet, is vreemd. Ik zie het goed en jij niet.
Maar in werkelijkheid is er zelden één waarheid. Wat er gebeurt, is dat jullie elk in je eigen ‘frame’ zitten. Als het frame van de ander niet overlapt met dat van jou, botst dit.
Er is geen goed of fout – alleen perspectief. En perspectief is persoonlijk.
Wat is het frame?
Een krachtig beeld dat helpt om dit te begrijpen, is het idee van een huis met verschillende ramen. Jij kijkt door een raam naar buiten en ziet bergen, terwijl je partner door een ander raam kijkt en een kabbelend beekje ziet. Vanuit een ander raam zie je een zonnige bloementuin. Of juist een regenbui. Het uitzicht verandert met elk raam.
Het raam waar jij door kijkt, is jouw frame — jouw manier van kijken naar de wereld. En jouw partner kijkt misschien door een ander raam. Het mooie is: jullie wonen in hetzelfde huis (lees: in dezelfde relatie, niet per se letterlijk hetzelfde huis).
Jullie hebben een gedeelde basis, een relatie, liefde, verbinding. Maar de ramen waardoor jullie naar buiten kijken, geven een andere blik op de werkelijkheid.
Waarom we denken dat we gelijk hebben
Mensen zijn van nature geneigd om hun eigen perspectief als uitgangspunt te nemen. Dat is logisch. Je wereldbeeld is ontstaan in jouw gezin van herkomst, je cultuur, je levensloop.
Je brein is ingericht op het herkennen van patronen — en wat bekend is, voelt veilig.
Dus als jouw partner ineens zegt: “Ik wil liever een latrelatie dan samenwonen,” dan roept dat intern alarm op. Dat hoort toch niet? Of als je partner zegt: “Laat dat kind nou gewoon van tafel gaan als hij geen honger meer heeft,” denk jij: Sorry, maar een beetje opvoeding kan geen kwaad.
Wat we dan vaak doen, is proberen onze partner te overtuigen. We halen argumenten aan, geven voorbeelden, worden soms zelfs dwingend of emotioneel. Niet omdat we de ander willen kleineren — maar omdat we het oprecht niet kunnen begrijpen. Hoe kun je dit niet zien zoals ik?
De illusie van normaal
Wat jij normaal vindt, is niets meer dan jouw norm. En normen zijn gevormd, niet universeel. Misschien heb jij geleerd: geld moet je sparen. Terwijl je partner is opgegroeid met: geld is om van te leven en te genieten. Misschien ben jij opgevoed met het idee dat je altijd je bord leeg moet eten, en jouw partner juist met: vertrouw op je lichaam, die vertelt je wanneer je vol zit.
Er is geen objectieve waarheid. Er is geen goed of fout. Er zijn alleen verhalen. En als je dat beseft, opent zich een nieuwe ruimte in je relatie: de ruimte voor nieuwsgierigheid.
Veelvoorkomende thema’s waar geen ‘goed’ of ‘fout’ in bestaat
1. Samenwonen vs. latten De één wil alles samen doen, de ander wil ruimte. Beiden zoeken veiligheid — alleen via een ander pad. Het vraagt om luisteren naar de onderliggende behoefte, niet om discussiëren over de vorm.
2. Opvoeding: streng of vrij? Is het bord leeg eten belangrijk? Moet je kind zelf verantwoordelijk zijn voor zijn huiswerk? De ene ouder ziet structuur als liefde, de ander ziet autonomie als vertrouwen. De vraag is niet: wie heeft gelijk? Maar: wat wil je je kind meegeven? Wat voor volwassenen wil je dat het worden?
3. Financieel: sparen of genieten? Geldgesprekken raken aan controle, vertrouwen, toekomstangst en vrijheid. Twee verschillende geldmindsets botsen zelden om het geld — maar om wat geld symboliseert.
4. Intimiteit: behoefte aan nabijheid vs. ruimte De één wil praten, aanraken, samenzijn. De ander heeft tijd nodig om te landen. Verschillende hechtingsstijlen kunnen elkaar snel verkeerd lezen. De één ervaart het als afwijzing, de ander als verstikking.
5. Seksualiteit: verlangen, timing, behoefte Ook hier denken we vaak in normen: wat is normaal, hoe vaak is ‘gezond’. Maar seksuele behoeftes zijn geen meetlatten. Ze zijn een taal. En soms spreken partners een ander dialect.
Waarom we onze partner in ons frame willen trekken
Als jij iets heel vanzelfsprekend vindt, voelt het vreemd dat iemand die je liefhebt het zo anders ziet. Je voelt afstand, onbegrip, misschien zelfs afwijzing. Dus wil je de ander overtuigen — als hij of zij het maar inziet, komt het goed. Maar in werkelijkheid creëer je daarmee nóg meer afstand.
Wat je partner voelt, is: mijn perspectief telt niet, wat ik denk, is blijkbaar fout. En zodra iemand zich afgewezen voelt in zijn of haar kijk op de wereld, sluit die zich af. Weg verbinding. Weg veiligheid.
Hoe dan wél?
Het begint met het besef: je partner is niet raar. Die is gevormd door verhalen, net als jij. En als je elkaars verhaal leert kennen, wordt het verschil ineens begrijpelijk.
1. Luister naar het onderliggende gevoel. Achter elke overtuiging zit een behoefte. Achter “hij moet zijn bord leegeten” zit misschien: ik wil een kind dat discipline leert. Achter “laat hem gaan als hij klaar is” zit: ik wil een kind dat zichzelf leert vertrouwen.
2. Leg je eigen frame uit. In plaats van te zeggen: “Dat is toch normaal,” kun je zeggen: “In mijn gezin was dat altijd zo. Daardoor voelt het voor mij belangrijk.” Zo geef je context zonder oordeel.
3. Ga op zoek naar het gezamenlijke doel. Als je stopt met discussiëren over de vorm, kun je praten over wat jullie echt belangrijk vinden. Veiligheid, verbinding, ontwikkeling, autonomie — daar kun je elkaar in vinden.
4. Laat de ander bestaan in zijn eigen realiteit. Het is niet nodig dat jullie alles hetzelfde zien. Zolang jullie elkaars ervaring erkennen, ontstaat er rust. Je hoeft het niet altijd eens te zijn om je verbonden te voelen.
5. Zie verschil niet als bedreiging, maar als kans. Juist omdat je partner anders denkt, kun jij groeien. Het dwingt je om je eigen overtuigingen te onderzoeken. Om ruimte te maken voor meerdere waarheden. Verschillen, contrast en conflict zijn soms oncomfortabel, maar een unieke kans om je eigen blinde vlekken te leren kennen. Je schaduwkanten, zeggen we in therapieland.
Er is geen winnaar in een ‘ik-wil-gelijk-krijgen-gesprek’ en ook niet als je blijft vasthouden aan ‘goed’ of ‘fout’.
Je kunt een discussie winnen en de verbinding verliezen. Je kunt gelijk krijgen, en je toch onbegrepen voelen.
Er is iets veel mooiers in een relatie dan goed kunnen argumenteren en helder communiceren: elkaar zonder oordeel ontmoeten. De mens achter het argument zien.
Meer artikelen over communicatie: